Ondragelijk?
Een paar jaar geleden had ik een hele mooie flyer, vond ik zelf. Er stond onder andere op dat mijn behandeling Cranio heel goed hielp tegen dementie. Je voelt ‘m al: meerdere mensen vroegen me of Cranio dementie kon genezen. Ga dat maar eens uitleggen….
Wat ik ondertussen geleerd heb, is dat ik zeg dat ik mensen met dementie hèlp in hun proces. Dat ik hèlp en ondersteun in hun stress en onrust die deze ziekte met zich meebrengt. Want niets helpt tégen dementie tot op de dag vandaag.
Maar waar ik heel slecht tegen kan, is dat de algehele mening is dat dementie een “ondragelijk lijden” is waar niets mee te doen is.
Daar ben ik het dus niet mee eens. Ik heb in de afgelopen 11 jaar heel veel mensen met dementie ontmoet en “in mijn handen” gehad en zelden zag ik ondragelijk lijden.
Het ondragelijk lijden zit in de mensen er om heen; de familie, de partner, de kinderen….Zij zien hun dierbare veranderen, haar ego verliezen, verzachten of soms ook verharden. De persoon die ze was is weg en dat is vaak ondragelijk. Voor diegene met dementie is dat anders: door het loslaten van je ego en opruimen van oude, onverwerkte emoties kun je weer contact maken met wie je wezenlijk bent. En misschien is dat wel iemand die je héél lang niet geweest bent. Die de mensen om je heen helemaal niet kennen. Die je zelf niet eens meer kent. En in contact met die Zelf, is het niet ondragelijk, maar vaak ook thuiskomen. Als je als omstander, of ik als therapeut, contact kunt maken met die Zelf, zie je veel moois ontstaan: verbinding, zachtheid, genieten, Zijn.
Voor het zover is, is er een lange weg te gaan: eerst de stress van de diagnose, dan stapje voor stapje verder loslaten en in het begin is dat echt wel ondragelijk. Dat je voelt en weet dat je dingen vergeet, dat je de controle verliest; dat is heel stressvol. Pas later in het proces, wanneer je je controle over je hoofd kwijt bent, kun je gaan opruimen. En opruimen. En opruimen. En hierna kom je bij jezelf.
Gedurende deze weg kan ik begeleiden, ondersteunen, getuigen. Je de weg wijzen. En er is niets dat je niet kunt dragen; je mag het juist loslaten…

Ik kom al enkele jaren bij hem: hij heeft Parkinson èn dementie. Ik ken hem als een snel overprikkelde man die niet meer kan vluchten voor alle herrie en mensen om hem heen en hierdoor af te toe wat overkookt. Dit doet hij in stilte; hij verstijft letterlijk, maar in zijn lichaam kookt hij over. Mijn behandeling doet hem altijd diep ontspannen: zijn lichaam laat spanning los en hij kan alle stress over al die prikkels loslaten. Maar ineens is het anders: de laatste keer dat ik bij hem was, was hij wel gestrest. Ik voelde al die spanning in zijn lijf. Maar…hij was niet overprikkeld en kookte ook niet over. Heel stilletjes en langzaam was hij de volgende fase van dementie ingegaan: hij trok zich terug binnenin zichzelf en sloot zich af voor al die prikkels. Ik moest goed zoeken in zijn ogen om hem te vinden en ook in zijn lichaam voelde ik hem slechts heel ver weg. Mijn “behandeldoel” veranderde zo: van diepe ontspanning en afvoer van overprikkeldheid, werd het diepe ontspanning en hem weer vinden. Hem laten voelen dat hij nog niet weg is, maar dat ik hem zie en voel. Heel langzaam werd hij wat alerter, keek me aan en was weer wat aanwezig. Zijn vrouw die er bij zat, zag het ook: daar is hij weer even. Hoe verdrietig ook: deze naar binnen gekeerde fase is weer een stap achteruit. Het zich terugtrekken van deze wereld en op weg naar een volgende wereld. Voor mij als Craniosacraal therapeute was het mooi om te voelen, dat ik ook hierin een rol heb en iets kan doen. Hem laten voelen dat hij nog gezien wordt: dat hij er nog is. En voor zijn vrouw fijn om weer in zijn ogen te kunnen kijken en hun liefde daar te voelen.

Waarom zorgen Mantelzorgers nooit goed voor zichzelf? Waarom denken ze dat zij pas aan de beurt zijn als de ander helemaal verzorgd is, ook als dat nooit is? In mijn praktijk waar ik veel mensen met dementie behandel, spreek ik vaak mantelzorgers. “Zorg je ook wel goed voor jezelf? En anders kom jij ook eens hier op de bank liggen? “, maar ze komen nooit. Ze hebben er geen ruimte voor; niet in hun agenda, niet in hun hoofd en zeker niet in hun lijf. Hoewel de cijfers er niet om liegen: mantelzorgers hebben veel kans op burn out, depressie en allerlei ziektes. Allemaal gekoppeld aan enorme stress! Als je langdurig voor iemand zorgt staat je stress systeem altijd aan: je bent continu alert en gericht op de ander. Wat wordt er van mij gevraagd? Waar moet ik handelen? En als je dan een keer een uurtje voor jezelf hebt, heb je geen idee wat je zou kunnen of willen doen. Dit doet het stress systeem met je: als je altijd áán staat werken je oplossingsgerichtheid en je relativeringsvermogen niet goed meer. Mantelzorgen is één van de zwaarste taken die ik ken. En het liefst gun ik ze een uurtje bij mij op de bank om hun stress systeem wat te reguleren: door diepe ontspanning van het lichaam kan de AAN knop heel even uit en kan het lichaam zich wat herstellen. Hoe kan ik de mantelzorger ondersteunen in hun zware taak? Heb jij een idee? Ik hoor het graag.

