Geen toverstok, maar ook geen haaknaald

Geen therapeut geeft graag toe dat de behandeling soms niet werkt. Ik ook niet. Maar hoe zaligmakend ik Craniosacraal therapie ook vind, het is niet zaligmakend voor iedereen. Soms is het gewoon niet wat iemand nodig heeft.

In deze context herinner ik me nog goed een oudere dame met dementie. Zowel de arts als haar dochter hadden mijn hulp ingeroepen: moeder was zo boos en vooral gedroeg ze zich bijzonder naar tegen haar dochter! Wat meer ontspanning en verzachting was dus wel wenselijk.
Ik kwam de eerste keer bij haar en ging naast haar zitten. Ze keek me achterdochtig aan, maar we kwamen toch in gesprek. Meestal is dit de eerste stap in het contact en kan ik door naar het aanraken en het èchte, lichamelijke, contact.
Lichamelijk contact was oké; ik mocht mijn handen op haar rug en buik leggen, maar vervolgens….liet ze me niet toe in haar binnenwereld. Een uur lang zat ik zo; proberend contact te maken met haar lichaam en zo met haar, maar zij hield me buiten. Ze praatte veel tegen me en was veel bezig met alles om haar heen, maar mij liet ze niet toe.
En nee, ik heb geen haaknaald. Als iemand niet klaar is voor ontspanning, rust en loslaten, dan gebeurt het niet. Ik kan niet pulken aan een stuk waar niet aan gepulkt wil worden. Of waar nog helemaal geen stuk gevoelt wordt. 

Soms gebeurt het toch nog na de eerste behandeling, dus behandel ik altijd minimaal 3 keer. Maar bij deze mevrouw was het of ze een harnas om zich had. Ook voor zichzelf.
Ze was er niet klaar voor om haar onverwerkte emoties te doorvoelen en los te laten. Op te ruimen.
Na de 3 behandelingen ben ik gestopt. Ik respecteerde haar keuze om mij (en haar emoties) niet toe te laten.
Nog steeds kom ik haar tegen, na al die jaren, in de huiskamer. Ze zit in haar stoel en kijkt boos. Ik had het haar en haar dochter zo gegund om los te laten, om te verzachten, maar ze koos een andere weg. Ik wens haar het allerbeste.


16 oktober 2025
Ik kom al enkele jaren bij hem: hij heeft Parkinson èn dementie. Ik ken hem als een snel overprikkelde man die niet meer kan vluchten voor alle herrie en mensen om hem heen en hierdoor af te toe wat overkookt. Dit doet hij in stilte; hij verstijft letterlijk, maar in zijn lichaam kookt hij over. Mijn behandeling doet hem altijd diep ontspannen: zijn lichaam laat spanning los en hij kan alle stress over al die prikkels loslaten. Maar ineens is het anders: de laatste keer dat ik bij hem was, was hij wel gestrest. Ik voelde al die spanning in zijn lijf. Maar…hij was niet overprikkeld en kookte ook niet over. Heel stilletjes en langzaam was hij de volgende fase van dementie ingegaan: hij trok zich terug binnenin zichzelf en sloot zich af voor al die prikkels. Ik moest goed zoeken in zijn ogen om hem te vinden en ook in zijn lichaam voelde ik hem slechts heel ver weg. Mijn “behandeldoel” veranderde zo: van diepe ontspanning en afvoer van overprikkeldheid, werd het diepe ontspanning en hem weer vinden. Hem laten voelen dat hij nog niet weg is, maar dat ik hem zie en voel. Heel langzaam werd hij wat alerter, keek me aan en was weer wat aanwezig. Zijn vrouw die er bij zat, zag het ook: daar is hij weer even. Hoe verdrietig ook: deze naar binnen gekeerde fase is weer een stap achteruit. Het zich terugtrekken van deze wereld en op weg naar een volgende wereld. Voor mij als Craniosacraal therapeute was het mooi om te voelen, dat ik ook hierin een rol heb en iets kan doen. Hem laten voelen dat hij nog gezien wordt: dat hij er nog is. En voor zijn vrouw fijn om weer in zijn ogen te kunnen kijken en hun liefde daar te voelen.
10 april 2025
Waarom zorgen Mantelzorgers nooit goed voor zichzelf? Waarom denken ze dat zij pas aan de beurt zijn als de ander helemaal verzorgd is, ook als dat nooit is? In mijn praktijk waar ik veel mensen met dementie behandel, spreek ik vaak mantelzorgers. “Zorg je ook wel goed voor jezelf? En anders kom jij ook eens hier op de bank liggen? “, maar ze komen nooit. Ze hebben er geen ruimte voor; niet in hun agenda, niet in hun hoofd en zeker niet in hun lijf. Hoewel de cijfers er niet om liegen: mantelzorgers hebben veel kans op burn out, depressie en allerlei ziektes. Allemaal gekoppeld aan enorme stress! Als je langdurig voor iemand zorgt staat je stress systeem altijd aan: je bent continu alert en gericht op de ander. Wat wordt er van mij gevraagd? Waar moet ik handelen? En als je dan een keer een uurtje voor jezelf hebt, heb je geen idee wat je zou kunnen of willen doen. Dit doet het stress systeem met je: als je altijd áán staat werken je oplossingsgerichtheid en je relativeringsvermogen niet goed meer. Mantelzorgen is één van de zwaarste taken die ik ken. En het liefst gun ik ze een uurtje bij mij op de bank om hun stress systeem wat te reguleren: door diepe ontspanning van het lichaam kan de AAN knop heel even uit en kan het lichaam zich wat herstellen. Hoe kan ik de mantelzorger ondersteunen in hun zware taak? Heb jij een idee? Ik hoor het graag.